De geschiedenis van de Noorse Boskat

 

In de Noorse sagen en legenden komt men de Noorse Boskat al tegen als de kat, die de strijdwagen van de godin Freya voorttrekt. De vikingen bonden tijdens gevechten hun eigen Noorse Boskat op hun schouder; als tegenstanders te dicht bij kwamen, raakten ze door de scherpe klauwen van de kat hun ogen kwijt. In de Noorse sprookjes van zo'n 100 jaar geleden is er sprake van de "Trollenkat", een wilde, in het bos levende halflangharige kat.
Niemand weet precies hoe deze mooie kat is ontstaan; zeker is in ieder geval, dat de Noorse Boskat niets te maken heeft met de Europese wilde kat of de Pers. Waarschijnlijk stamt de Noorse Boskat af van de katten die door de vikingen werden meegenomen van hun tochten naar het Middellandse Zee-gebied. In de loop der eeuwen pasten de dieren zich aan het ruwe Scandinavische klimaat aan.
Al voor de Tweede Wereldoorlog werd dit unieke ras ontdekt.
Kattenliefhebbers begonnen omstreeks 1910 met het fokken van de kat, die ook nu nog in de Scandinavische bossen te vinden is. Het 1e exemplaar werd in 1912 geshowd. Velen van u kennen misschien ook de Noorse Boskat kater Sølvfaks uit het gelijknamige kinderboek van Gabriel Scott.

Als gevolg van de oorlog werd er pas in 1969 weer een Noorse Boskat in Noorwegen op show tentoongesteld. In 1977 werd het ras officieel erkend.
In Noorwegen heeft de interesse-organisatie voor boskatbezitters, de "Norsk Skogkattring", zich ten doel gesteld om door middel van geselecteerde fok met "superkatten" de kwaliteit van de Noorse Boskat te perfectioneren.
 

De Noorse Boskat valt op door zijn wilde uiterlijk. Een ieder zal zich dit dier voor kunnen stellen in een woeste, bosrijke omgeving, met zijn krachtige lichaam, robuuste kop en lange, bossige staart.
Het karakter van de Noorse Boskat is echter geheel niet wild. Integendeel: het is een bijzonder huiselijke kat, opvallend zacht van karakter, vriendelijk, aanhalig en bijzonder speels.
De kat is ook erg gemakkelijk te onderhouden: in tegenstelling tot de langharen heeft deze halflanghaarkat bijna geen onderhoud nodig. Zo af en toe de vacht even borstelen of kammen (voorzichtig met kraag en staart!) is al voldoende.

 

Karakter

 

De Noorse Boskat heeft een gemakkelijk, tolerant en sociaal karakter. Het is een rustige, evenwichtige kat die vrij actief is. Ze kunnen ontzettend goed klimmen en laten dit graag zien. Ten opzichte van mensen stellen deze katten zich zeer vriendelijk op, ze worden graag aangehaald en geknuffeld. Ze hebben de neiging zich aan een persoon in het bijzonder te hechten. De omgang met honden geeft zelden problemen. Hij is boven alles nieuwsgierig, wil graag weten wat er om hem heen gebeurt en alles wat het huis binnenkomt. Pakjes of een bezoeker, alles wordt grondig geinspecteerd en gekeurd.

Hij is vriendelijk en past zich gemakkelijk aan, houdt bovendien van gezeleschap. Kan prima overweg met andere katten en/of kinderen. Hij kan uitstekend klimmen en jagen. De Noorse Boskat is nog altijd zoals hij hoort te zijn. Veel fokkers zetten zich er dan ook voor in dit zo te houden. En met dank. Onthoudt wel, zoveel katten, zoveel karakters!.

De Noorse Boskat is dus een vriendelijke kat, die andere dieren en mensen vol vertrouwen tegemoet treedt. Verder is hij actief en tot op hoge leeftijd speels. Hij geeft er wel de voorkeur aan om zo nu en dan op een (afgeschermd) balkon, in een (afgeschermde) tuin of aan een riempje een frisse neus te halen. Dit laatste doet ook wonderen voor zijn vacht, die overigens niet veel onderhoud behoeft.

Er wordt vaak gezegd dat een Noorse Boskat de vrije uitloop naar buiten moet hebben, maar dit is beslist niet noodzakelijk. 'Binnen-Noren' moeten wel de mogelijkheid krijgen om zich uit te leven, zodat een of meerdere robuuste klimpalen tot de standaard-Norenuitzet behoren. Houd er rekening mee dat binnenshuis wonende Boskatten door de warmte meestal een minder volle vacht ontwikkelen dan Noren die wel buiten komen.

 

Uiterlijk

 

De Noorse Boskat is een halflangharige kat, die in 1977 officieel als internationaal kattenras is erkend. Het zijn katten, die gemiddeld groter zijn dan de huiskat. In de zomer kan men alleen aan de langharige pluimstaart zien, dat men hier te maken heeft met een raskat. In de winter, als de Noorse Boskat zijn winterjas aantrekt, komt er een imposante kat tevoorschijn, die een kraag, een bef en knickerbocker's heeft, terwijl de pluimstaart in de regel dikker wordt. Ook krijgt de Noorse Boskat dan een wollige ondervacht, die de kou tegenhoudt. Verder heeft de Noorse Boskat 's zomers en 's winters pluimpjes op en uit de oren en heeft hij tussen de voetkussentjes onder zijn voeten lange haren zitten, de zogenaamde sneeuwschoenen. Hierdoor heeft hij in de winter meer grip op besneeuwde oppervlaktes.

                            
          

 

 

 

Pan's Truls, stamvader van de Noorse Boskat en prototype
voor de rasstandaard zoals die in 1977 werd opgesteld

 

 


 

 

 

De Noorse Boskat komt in alle kleuren voor, behalve de zogenaamde Siamese kleuren en kleuraftekeningen.

Het bijzondere aan de Noorse Boskat is dat zijn vacht pas volledig volgroeid is als de kat 2 á 2,5 jaar oud is. Zijn definitieve bouw laat dan nog gemiddeld een half jaar op zich wachten en is dus pas volgroeid als de kat ongeveer 3 jaar oud is. Noorse Boskatten zijn fors van formaat en relatief lang. De staart is lang en dik. De meest voorkomende kleuren zijn zwartgestreept en zwartgemarmerd, met en zonder wit. Blauwgestreept, crème en rood komt ook voor.

Qua vachtverzorging is deze minder intensief te noemen dan bij de meeste andere langharige kattenrassen. In de ruiperiode (voorjaar en zomer) is een dagelijkse kam beurt wel gewenst. De vacht van een Noorse Boskat is van nature wat vettiger en wat meer waterafstotender dan bij de andere rassen. De kat in bad doen, wat voor tentoonstellingen wel eens gedaan wordt, ruïneert deze vacht eigenlijk.

 

 

Een Noorse Boskat aanschaffen?

 

Een kat is geen product. Elke kat is anders. Ga er niet blind vanuit dat elk Noorse boskatkitten dat wordt aangeboden ook alle mooie elementen in zich heeft die je in de boeken en tijdschriften leest. in de praktijk zijn er heel wat Noren met een te zachte (en dus onderhoudsintensieve) vacht, kleine, iele dieren etc.. Dus als je gaat zoeken naar een kitten, neem dan de tijd en lees je goed in. Praat met verschillende mensen, bijvoorbeeld op shows, of bel een aantal fokkers. Ook op internet staan veel fokkers met een homepage, waar ze hun dieren voorstellen. Je kunt ook bij fokkers langsgaan en ze eerlijk vertellen dat je je alleen nog maar een beeld wilt vormen, nog niet meteen een kitten wilt aanschaffen. Als een fokker daar geen zin in heeft, weet je al dat dat geen adres is waar je je kitten wilt gaan aanschaffen. Een goede fokker die bezield met zijn ras bezig is wil er graag over praten en is trots op zijn dieren en de huisvesting (bij voorkeur dus gewoon in huis en kleinschalig!).

 

         

Rasstandaard

 

De standaard vanaf 1999

Algemeen

Grootte

Groot

Kop

Vorm

Driehoekig, alle zijden even lang; van de zijkant gezien met goede hoogte; voorhoofd licht gebogen; recht profiel zonder onderbreking (geen stop)

Kin

Stevig

Oren

Vorm

Groot, breed aan de basis; puntige top; met lynxpluimpjes en lange haren uit de oren

Plaatsing

Hoog en open, zodat de buitenste rand van het oor de lijn van de kop volgt omlaag naar de kin

Ogen

Vorm

Groot en ovaal, goed open, enigszins schuinstaand

Expressie

Alerte expressie

Kleur

Alle kleuren toegestaan, ongeacht de vachtkleur

Lichaam

Bouw

Lang, stevig gebouwd; stevige botstructuur

Poten

 

Krachtig, hoog op de poten, achterpoten hoger dan voorpoten

Voeten

Groot, rond, in proportie met de poten

Staart

 

Lang en bossig, moet minstens tot de schouderbladen reiken, maar liever tot de nek

Vacht

Structuur

Halflang. Wollige ondervacht bedekt met een zachte, waterafstotende bovenvacht die bestaat uit lange, stevige en gladde dekharen over de rug en de flanken. Een kat in volle vacht heeft een volle kraag, borstharen en broek.

Kleur

Alle kleuren zijn toegestaan, incl. alle kleuren met wit, behalve pointed patronen en chocolate en lilac, cinnamon en fawn. Iedere hoeveelheid wit is toegestaan, bijv. witte bles, witte borst, wit medaillon, wit op de buik, wit op de poten, etc.

Fouten

Algemeen

Te kleine en fijngebouwde katten

Kop

Ronde of hoekige kop, profiel met onderbreking (stop)

Oren

Kleine oren; te wijd uiteen, te dicht bijelkaar geplaatst

Poten

Korte poten; dunne poten

Staart

Korte staart

Vacht

Droge vacht; met klitten, te zijde-achtig